Stikstofdecreet: “Enige rechtszekerheid maar geen perspectief”

14 december 2023

Landbouwers keken reikhalzend uit naar de vertaling van het stikstofakkoord van de Vlaamse regering naar decretale teksten. Nu die er zijn, blijken ze niet het perspectief te bieden wat onze boeren zo hard nodig hebben. “Met dit voorstel kunnen bedrijven rekenen op enige duidelijkheid over hun huidige bedrijfssituatie, maar het biedt geen perspectief voor onze […]

Landbouwers keken reikhalzend uit naar de vertaling van het stikstofakkoord van de Vlaamse regering naar decretale teksten. Nu die er zijn, blijken ze niet het perspectief te bieden wat onze boeren zo hard nodig hebben. “Met dit voorstel kunnen bedrijven rekenen op enige duidelijkheid over hun huidige bedrijfssituatie, maar het biedt geen perspectief voor onze jonge boeren die hun bedrijf graag verder willen uitbouwen. De taakstelling voor vele varkens- en pluimveebedrijven blijft loodzwaar. Bovendien blijven er een aantal principiële problemen behouden waar wij ons altijd tegen zullen blijven verzetten. Hierover zullen we nu in overleg gaan met onze Hoofdbestuursleden”, zegt Boerenbondvoorzitter Lode Ceyssens.

Op 14 november sloot de Vlaamse regering haar derde stikstofakkoord. Er leken toen stappen vooruit gezet, maar Boerenbond reageerde afwachtend. Het was de vertaling in decretale teksten die  duidelijkheid moest brengen over hoe Vlaanderen de vergunningverlening zal organiseren. Op basis van de decretale teksten die nu beschikbaar zijn, blijft het zoeken naar toekomstperspectief, vindt Lode Ceyssens.

Rechtszekerheid

Het voorliggende amendement van het stikstofdecreet biedt enige duidelijkheid voor bedrijven die een hervergunning van hun huidige bedrijfssituatie willen aanvragen. Pluimvee- en varkensbedrijven kunnen een aanvraag voor vergunning met een looptijd tot en met 2030 zonder dat ze specifieke inspanningen op vlak van stikstof moeten doen, indienen, tenzij ze een piekbelaster zijn. Rundveebedrijven kunnen dit bekomen tot en met 2025. Veehouderijen die zich inschrijven in de generieke reducties  zoals -60% emissiereductie voor niet-ammoniakemissie arme varkens- of pluimveestallen of -25% emissiereductie voor melkveestallen, kunnen een hervergunning voor onbepaalde duur aanvragen zonder individuele passende beoordeling voor wat betreft stikstof.  Het  blijft echter onbegrijpelijk voor Boerenbond dat inspanningen van stoppende bedrijven, zoals varkensbedrijven die instappen in de vrijwillige opkoopregeling, niet in rekening zullen gebracht worden om de reductiedoelstelling van de bedrijven die verder investeren in de sector, te verlichten.

Gebrek aan perspectief

Er zijn een aantal positieve elementen zoals de onvergunbaarheidsdrempel die geschrapt is. Maar hoe zal men in de praktijk omgaan met de individuele passende beoordelingen? Dit decreet biedt onvoldoende duidelijkheid en al zeker geen concreet toekomstperspectief voor de komende jaren volgens Boerenbond. Zo blijven er nog veel vraagtekens. Hoe zal men concreet rekening houden met stikstof uit het buitenland? Wordt het in de praktijk haalbaar voor bedrijven om stikstofruimte met elkaar uit te wisselen? Hoe snel zullen nieuwe technieken erkend geraken, en krijgen bedrijven die investeren in technieken ook garanties dat  ze nadien niet opnieuw moeten investeren? ”, besluit Lode Ceyssens.

In het Turnhouts Vennengebieden kunnen bedrijven een vergunning voor onbepaalde duur aanvragen als ze zich inschrijven in de generieke reductiemaatregelen. Wel blijft er veel onduidelijkheid over het ontwikkelplan dat nog moet opgemaakt worden en dus over de toekomst van de land- en tuinbouw in dit gebied.

Woordbreuk

De Vlaamse overheid blijft halsstarrig vasthouden aan een afbouw van de varkensstapel bovenop de generieke doelstellingen. Terugkomen op afspraken over de nulbemesting is voor ons onaanvaardbaar. Ook het vernietigen van tijdelijk ongebruikte productierechten op individueel bedrijfsniveau, is woordbreuk volgens Boerenbond. Jonge boeren kochten deze bovendien vaak aan in het kader van hun toekomstige bedrijfsontwikkeling. Bovendien is het nut van deze maatregelen die rechtstreeks ingrijpen op de bedrijfsvoering, onduidelijk en onverantwoord.

“Een aantal principiële elementen blijft behouden in het nieuw ingediende amendement. Hier zullen wij ons altijd tegen blijven verzetten. We zullen de teksten in detail bestuderen en vervolgens hierover in overleg gaan met onze Hoofdbestuursleden om te kijken op welke manier we de belangen van onze leden het best kunnen verdedigen ”, aldus voorzitter Lode Ceyssens.