‘Ferme de Warelles’ in Lettelingen gebruikt gezond boerenverstand

17 maart 2021
Christophe Daemen
Christophe Daemen en Ferme de Warelles

In Lettelingen in de buurt van Edingen wordt de ‘Ferme de Warelles’ uitgebaat door Etienne Allard en zijn vrouw Catherine. Ze worden bijgestaan door hun twee zonen. Deze gemengde boerderij is typisch voor de regio en combineert melkveehouderij met akkerbouwgewassen. Etienne is al jaren bezig met duurzamere oplossingen voor zijn bedrijf en implementeert deze vervolgens […]

In Lettelingen in de buurt van Edingen wordt de ‘Ferme de Warelles’ uitgebaat door Etienne Allard en zijn vrouw Catherine. Ze worden bijgestaan door hun twee zonen. Deze gemengde boerderij is typisch voor de regio en combineert melkveehouderij met akkerbouwgewassen. Etienne is al jaren bezig met duurzamere oplossingen voor zijn bedrijf en implementeert deze vervolgens beetje bij beetje. Een groot deel van de melk wordt bijvoorbeeld verhandeld via de korte keten, terwijl een deel van de graanproductie verwerkt wordt tot bloem. Van haar kant verwelkomt Catherine regelmatig kinderen om het leven op de boerderij uit te leggen. Daarnaast verkoopt ze heel wat producten in de kleine hoevewinkel op de boerderij.

Toen zijn vader in 1983 overleed, stopte Etienne met school om op de boerderij te werken en zijn moeder een handje toe te steken. Boeren zit hem in het bloed en uiteindelijk beslist hij om op de boerderij te blijven. Etienne vervolgt: ‘We hadden toen een quotum van 120.000 liter melk en circa 60 hectare landbouwgrond. Vervolgens nam ik in 1996 de boerderij over, samen met mijn broer. Omdat we meer en meer gemechaniseerd geraakten, was er onvoldoende werk voor twee waardoor ik dan in 2004 het bedrijf volledig heb overgenomen. Momenteel produceren we bijna 550.000 liter melk en bebouwen we 120 hectare. Naast wintergranen omvat de teeltrotatie ook aardappelen, suikerbieten, luzerne, tijdelijk grasland, mais en veldbonen. Onze aardappelen lever ik aan een coöperatieve in Hoves.’

Melk beter valoriseren

De melkproductie van de Holsteiner-veestapel ligt tussen de 9.000 en 9.500 liter per jaar. Voor Etienne is genetica niet de belangrijkste focus op het bedrijf, maar is het belangrijker om goed te ondernemen. De koeien worden al sinds 2007 met een melkrobot gemolken. De veestapel wordt vrijwel uitsluitend gevoed met zelf geteelde ruwvoeders. Etienne: ‘We proberen het beste uit onze teelten te halen. Het rantsoen voor de koeien bestaat uit voordroog (luzerne, klaver …), evenals MKS (maiskolvenschroot), perspulp en bierdraf. Onze voedermengwagen zorgt voor een homogene mix van dit rantsoen. Tijdens het melken wordt ook een mengsel van vlas en haver verdeeld.’

Voor hun melk hebben ze in Lettelingen ondertussen een vlotte afzet gevonden, een verhaal dat in 2009 startte. Op de terugweg van een betoging in Brussel naar aanleiding van de melkcrisis besloten Etienne en twee andere boeren het distributiecentrum van Colruyt te blokkeren. ‘Na uitwisseling van de verschillende standpunten rond de slechte rendabiliteit van de melk, bood een van de managers van Colruyt ons aan om gepasteuriseerde melk te leveren, een product dat toen nog niet werd aangeboden door de winkelketen. Het werd het begin van een groot avontuur en ondertussen levert de Ferme de Warelles nog steeds een belangrijk deel van de geproduceerde melk aan diezelfde distributeur.’

Sinds 2015, en na een energiescan op het bedrijf, investeerde Etienne in een pocketvergister die gevoed wordt door drijfmest. ‘Na een moeilijke start zijn we vandaag in staat om zowat 75% van de benodigde elektriciteit zelf te produceren. Daarvoor wordt de vergister dagelijks gevoed met ongeveer 5 m3 drijfmest.’

Instandhoudingslandbouw

Tegelijk vertrouwt Etienne Allard sterk op de ‘instandhoudings- landbouw*’: ‘We werken al 20 jaar in deze richting en zijn ons bewust geworden van de noodzaak om de bodem beter te respecteren. Afgelopen najaar hebben we ook onze eerste proeven directzaaien aangelegd en de resultaten zien er veelbelovend uit. Daarnaast zoek ik steeds naar de meest aangepaste bemesting voor elk gewas met zo min mogelijk sproeistoffen. Een permanente bodembedekking is een ander stokpaardje van mij. Al deze maatregelen hebben een impact op de gezondheid van onze bodems, maar ook op de kwaliteit van de producten die we telen. Ik ben van mening dat we met minder chemie ook mooie resultaten kunnen halen. Dat inzicht, gecombineerd met een aangepaste grondbewerking en bemesting, geeft nieuwe werkbare oplossingen die bovendien hun nut bewezen hebben. Op dat vlak volg ik regelmatig opleidingen in Frankrijk, omdat België helaas geen dergelijke opleidingen aanbiedt. Ik doe ook heel wat veldtesten op mijn boerderij, bijvoorbeeld door bieten te combineren met veldbonen. Ik ben bovendien betrokken bij het project ‘Farming for climate’, en dat onderstreept dat een boerderij als de onze meer CO2 opvangt dan uitstoot. Het is een gevoelig onderwerp, maar ook de enige manier om onze toekomst op lange termijn veilig te stellen. Om goed te presteren op het gebied van de instandhoudingslandbouw, is het echter noodzakelijk om goed te worden omringd, zowel voor fyto als voor bemesting.’

Een eigen machinering

Om de mechanisatiekosten te verlagen, besloot Etienne een machinering op te richten met 3 andere landbouwers uit de streek. Deze machinering heeft geen personeel in dienst en elke boer is eigenlijk verantwoordelijk voor bepaalde machines. Zo is Etienne verantwoordelijk voor de aardappelrooier en de getrokken bietenlader. Het najaar is dus een drukke periode met het rooien van aardappelen en bieten, de zaaiwerkzaamheden en de kalvingen enzovoort. Met een goede werkorganisatie het mogelijk om alles vlot te laten verlopen, zeker als de weersomstigheden een beetje meevallen. Deze machinering investeerde in alle benodigde machines voor de verschillende teelten van deze 4 landbouwers, zowel voor het akkerbouwgedeelte als voor de voedergewassen, van het zaaien tot de oogst.

Een pedagogische boerderij

Van haar kant heeft Catherine altijd van menselijke contacten gehouden en voor haar was het daarom logisch om na te denken over de ontwikkeling van een activiteit in deze richting. Zo ontstond pakweg 25 jaar geleden de kinderboerderij. Etienne: ‘Ons doel is niet om een ‘dierentuinboerderij’ te laten zien, maar om jong en oud uit te leggen hoe het leven op de boerderij eruitziet, hoe we voor onze dieren zorgen, welke gewassen we telen … Het hoe én waarom.’

Bloem op basis van eigen graan

De meest recente activiteit is de productie van bloem op basis van zelfgeteelde granen. Etienne: ‘Zoals vaak begon het met een contact met een plaatselijke bakker die met een natuurlijkere en ambachtelijkere bloem wou werken. De eerste contacten dateren van december 2018 en enkele dagen later werden gepaste rassen gezaaid om de levering van graan te kunnen starten in september 2019. Na enkele maanden vroeg deze bakker (Les pains de Stéphane in Edingen) of we het niet zagen zitten om zelf graan te malen. Sinds oktober 2020 beschikken we dus over een eigen molen met een echte molensteen. Deze techniek heeft als voordeel dat we bloem van betere kwaliteit kunnen produceren, door een lagere temperatuur tijdens het maalproces. Deze activiteit komt geleidelijk in een stroomversnelling en in een volgende stap willen we de naambekendheid van onze producten vergroten bij geïnteresseerde retailers en consumenten.’

Etienne besluit: ‘Als boeren hun toekomst veilig willen stellen, moeten ze enerzijds verder evolueren en ook zelf beslissingen durven nemen. In het verleden hebben ze veel te veel uit hun eigen handen laten gaan. Het is anderzijds ook noodzakelijk om zichzelf voortdurend in vraag te stellen. Er zijn oplossingen, maar het vereist een andere kijk op heel wat zaken. Dat is de filosofie die we elke dag op onze boerderij proberen uit te dragen.’